dinsdag, juni 28, 2005

 

Waarom zoveel beleggers verlies lijden

Sleutelwoorden: Sentiment. 60/40 Regel. Rampenbijziendheid. Succesbijziendheid.

Hoofddorp, 28 jun.’05. Het is niet dat de kersttijd nadert of zoiets. Het tegendeel is waar, want de langste dag ligt net achter ons. Maar toch heb ik de laatste tijd weer eens wat nagedacht. Normaal kom ik daar helaas te weinig aan toe. Tenzij ik er echt tijd voor vrij maak. Maar met de nieuwste ontwikkelingen bij ons vastgoed, is er nog wel eens een ochtend of een avond, dat ik rustig op een terrasje of een balkon in het zonnetje zit uit te kijken over een spiegelgladde zee. Of enkele uren verplicht stil zit op m’n gat in een vliegtuigstoel. En dan dwaalt je geest wel eens wat verder weg dan naar de agenda voor vandaag of morgen. Wel lekker zo’n vliegtuigstoel!

Zo ben ik nu al ruim 6 jaar actief bezig met het geven van seminars voor beleggers. In die tijd hebben meer dan 3000 cursisten aan Ă©Ă©n van die verschillende seminars deelgenomen. En een groot deel daarvan heb ik vervolgens ook nog beter leren kennen in een persoonlijk gesprek. Daar kijk ik met veel plezier op terug. Want zonder die seminars zou er ook wel iets gebeurd zijn. Maar zou ik vermoedelijk niet de mensen hebben ontmoet, die ik nu wel ontmoet heb. Verrijkend!

Terugkijkend op die 3000 cursisten, is het eerste wat mij opvalt, dat vrijwel alle deelnemers aan onze seminars daar erg enthousiast over waren. Dat blijkt niet alleen uit de evaluaties na afloop. Maar ook uit de gesprekken onder 4 ogen na afloop. En het feit dat onze IBClub (Investment Business Club) zo langzamerhand al zo’n 400 leden telt. Toch zou je, op basis van onze resultaten en het enthousiasme van de deelnemers, verwachten dat er veel meer miljonairs uit de “Van Arkel stal” zouden komen. Er zijn helaas zo veel afhakers.

Waarom? Wat is hier aan de hand? Waarom worden er op het Forum niet nog meer grote succesverhalen gemeld? Van bijvoorbeeld beleggers die in de afgelopen 5-6 jaar hun vermogen hebben verdubbeld of verdrie-, vier-, of vijfvoudigd! Kortom, de vraag die ik mezelf stelde was: Is het wellicht tijd voor bezinning? Waar zijn we mee bezig? Wat willen we bereiken? Zijn we nu wel of niet rationeel in onze benadering?

Toen las ik een artikel in de NRC onder de kop: De Consument is Irrationeel. Dat ging over de benoeming van Prof. Henriëtte Prast als bijzonder hoogleraar persoonlijke financiële planning. In dat artikel wordt met diverse voorbeelden �bewezen’ hoe onlogisch een consument zijn beslissingen neemt. En niet alleen waar het de consumptie van chocolaatjes betreft. Maar ook als het gaat om reizen etc. Op grond daarvan wordt de term �rampbijziendheid’ geïntroduceerd. Daarmee bedoelt zij, dat mensen de neiging hebben om hun beslissingen en gedrag te laten beïnvloeden door een recente gebeurtenis. Het aantal vliegtuigboekingen loopt bijv. na het neerstorten van een vliegtuig, of na 9/11 sterk terug. Dit terwijl iedereen toch wel weet, dat na zo’n zeldzame vliegtuig crash, de kans op een herhaling daarvan niet groter is geworden.

Nu werkt deze nieuw benoemde hoogleraar in het dagelijkse leven als onderzoekster bij de Nederlandse Bank. Dus het zal geen verwondering wekken, dat er ook voorbeelden worden gegeven, die betrekking hebben op de economie en de conjunctuur. En natuurlijk over beleggen en de koersbewegingen op de beurs. Niet voor niets gaat zij zich immers nu bezighouden met Persoonlijk Financiële Planning. En dat is dan precies waar wij ons de afgelopen 6 jaar in onze seminars zo ongeveer mee bezig gehouden hebben. Naast de achtergrond en de techniek van individuele beleggingsstrategieën natuurlijk en de daarbij behorende indicatoren enz. Ik heb dat artikel dan ook met veel plezier gelezen.

Daarbij is het zo, dat de 10-18 individuele beleggingsstrategieën, die tijdens onze seminars behandeld worden, in de afgelopen 6 jaar niet wezenlijk aangepast zijn. Want daar was in al die jaren nog niet echt een reden voor. Ze blijken immers nog steeds heel redelijk te voldoen. Weliswaar niet altijd en niet allemaal tegelijk. Omdat sommige strategieën nu eenmaal meer geschikt zijn voor een stijgende beurs. En anderen meer passen bij een zijwaartse of juist een dalende beurs. Maar wanneer we erin slagen om de richting van de beursbeweging van het moment - dus de trend – met een beetje succes vast te stellen, dan doen de strategieën gewoon, waarvoor ze bedoeld zijn. En dat is winst genereren.

Blijft over de vraag, waarom toch bijna iedereen wel één of meer slechte ervaringen heeft met beleggen. Want dat blijkt toch de praktijk te zijn. Niet alleen is dat de praktijk van Prof. Prast. Maar het is ook mijn praktijk. Zowel tijdens de seminars, als tijdens de persoonlijke gesprekken met deelnemers na afloop, en op het Forum. En de ervaring leert dat het dan vooral gaat om �het sentiment’. Niet van de beurs in dit geval. Maar van de beleggers zelf. De belegger die - voorspelbaar - speelbal wordt van zijn eigen gedrag.

Want er zijn mij in de afgelopen zes jaar drie dingen opgevallen. De eerste daarvan wil ik in de deze column graag toelichten. Dat betreft dan de 60/40 regel. Dus het gegeven, dat zelfs de beste belegger er met onze strategieën slechts in ongeveer 60% van de gevallen in slaagt om de richting van de trend goed te lezen. Welke hulpmiddelen je daarbij ook gebruikt. Dat betekent dan ook dat vrijwel iedereen er in minstens 40% van de gevallen gewoon naast zit. Verlies lijdt dus! “Is dat nu jammer? Of is dat nu erg?” vraag ik deelnemers aan mijn seminars altijd. Daarna leg ik uit dat het wel jammer is, als je een �trade’ met verlies moet afsluiten, maar dat het pas erg is als je aan het einde van het jaar minder dan 30% rendement in totaal hebt gemaakt. Ik zeg ook wel: “Het is helemaal niet erg om een �trade’ met verlies af te sluiten, als er maar voldoende goede �trades’ tegenover staan.

Ja, en wat doen we nu met die wetenschap? Wel, allereerst blijven we natuurlijk proberen om onze doeltreffendheid met betrekking tot het correct lezen van de trend op zijn minst op peil te houden. Want dat is en blijft de basis. De koers kan altijd maar drie kanten uit: omhoog, omlaag of zijwaarts. En wat heeft nu de grootste waarschijnlijkheid? Daarbij gebruiken we alle hulpmiddelen, die ons ter beschikking staan: indicatoren, technische analyse, koerspatronen, etc. Maar zelfs als het lukt om die 60/40 verhouding zo ongeveer constant te houden, en we slagen erin om vervolgens ook nog de juiste strategie bij de verwachte koersbeweging te vinden, dan nog lijden we in 40% van de gevallen verlies.

De kans dat we 2 maal achter elkaar een �trade’ met verlies maken, is 40% van 40% = 16%. Dat komt overeen met 1 op de 6 keer. En de kans dat we 3 keer achter elkaar verlies lijden is 0,4 * 0,4 * 0,4 = 0,064. Oftewel 6,4%, wat overeenkomt met 1 op de 16 keer. Enz., enz. Tot zover kunnen we daar als beleggers uiteraard goed mee leven. Maar het belangrijkste is daarbij vooral niet uit het oog te verliezen en nooit te vergeten, dat zelfs als we net 5 keer achter verloren hebben, de kans dat dit de volgende keer weer gebeurt, nog steeds 40% is. Kans heeft immers geen geheugen!

Dus onafhankelijk van of we nu net een paar keer achter elkaar een succesvolle beleggingsbeslissing hebben genomen, of juist niet, zegt dat niets over de kans op succes bij de volgende beslissing. Die kans blijft gewoon 60%, als we tenminste al het andere nog steeds even goed doen. Het is daarom belangrijk om gewoon rustig hetzelfde te blijven doen, of we nu wel of niet een paar keer succes hebben gehad, of juist niet. En daar zit hem nu net de crux. Want één op de 100 keer zullen we met de “Van Arkel Methodes” 5 keer achter elkaar verlies leiden. En als we 10.000 �trades’ uitvoeren, zal het één keer voorkomen dat we 10(!) keer achter elkaar verlies leiden. Wie houdt dat vol? Welke beleggers is zo standvastig? Slechts een enkeling, zeg ik na 3.000 cursisten gesproken te hebben. En dat is nu wat mij in die vliegtuigstoel aan het denken zette.

Maar het kan nog erger. Want je kunt ook overmoedig worden. Dat gebeurt vaak als het vijf keer achter elkaar goed is gegaan. Dat gebeurt in 60% van 60% van 60% van 60% van 60% van de gevallen. Dat is één keer als je 14 �trades’ uitvoert. Eén keer per 166 �trades’ gaat het zelfs 10 keer achter elkaar goed. Best vaak dus. Deze week nog sprak ik een seminar deelnemer van maart dit jaar, die nu na 3½ maand al op een totaal rendement van +26% staat. Wat is daar nu zo erg aan, zul je denken. Overmoed. Want op grond van 10 goede �trades’ ga je de inzet vergroten of anderszins grotere risico’s nemen. Bijvoorbeeld door bij iedere �trade’ - al dan niet met geleend geld – de inzet drie keer zo hoog te maken. En als het dan vervolgens mis gaat, gaat het ook goed mis. En als dat vijf keer achter elkaar gebeurt – de kans daarop is één op honderd, dan is er veel geld verloren. Wie doet dat? Welke belegger is er zo dom? De meerderheid, blijkt nu! En die beleggers raken dan ontmoedigd. Het gevolg daarvan is dan weer, dat ze te voorzichtig worden. En daardoor een kleinere kans maken om het geleden verlies weer goed te maken. Dat is dus wat bedoeld wordt met �rampbijziendheid’. Maar wat mij betreft is �succesbijziendheid’ minstens zo erg, als het gaat om de vraag waarom zoveel beleggers verlies lijden.

Beleggen is leuker met een kans van 60% op winst.

Beleggen is nog leuker als daar discipline bij komt.

Bert van Arkel
www.vanarkel.nl voor www.beursbox.nl



<< Home

This page is powered by Blogger. Isn't yours?